Het Overijsselse Broekland (1200 inwoners) telt maar liefst twintig verenigingen. De 450 vrijwilligers zijn gewend de handen uit de mouwen te steken. Of het nu gaat om een restauratie van een karakteristiek dorpsweggetje of de bouw van een sporthal. ‘In andere dorpen wordt regelmatig geklaagd: “…dit functioneert niet en de gemeente moet het opknappen”. Als bewoners bekijken we het van de positieve kant. Daar bereiken we veel mee.’
Eén van de twintig verenigingen is Plaatselijk Belang. Deze vereniging wil het welzijn van de bevolking van Broekland bevorderen. Onderdeel is de ‘Korte Klappen Commissie’, een groep dorpelingen die regelmatig wordt ingeschakeld om zaken onder handen te nemen. ‘Op dit moment is het Plaatselijk Belang betrokken bij de uitbreiding van sporthal Het Horsthuis’, vertelt André Roetert Steenbruggen. ‘De vrijwilligers van Plaatselijk Belang helpen ons met bouwwerkzaamheden. Daarnaast zijn er vrijwilligers die kermissen in het dorp organiseren; traditionele tentfeesten waaraan een veiling is gekoppeld. De opbrengsten komen ten goede aan de sportverenigingen en de sporthal.’
Mooie samenwerking
De sporthal en bijbehorende sportvelden wordt voor 100% geëxploiteerd door vrijwilligers. De bouw kwam mede tot stand met subsidies van het Europese programma voor plattelandsontwikkeling, de provincie en de gemeente Raalte. ‘Als je een Europese subsidie krijgt, is het makkelijker ook van de provincie en de gemeente een bijdrage te ontvangen. Zo is de sporthal het resultaat van een mooie samenwerking tussen overheid en burgers. Maar het grootste deel van de investering hebben de sportverenigingen gefinancierd, onder meer met de opbrengsten van de kermissen.’
Multifunctioneel
Deze sportaccommodatie biedt niet alleen onderdak aan de vele sportverenigingen. Kinderen van de basisschool sporten er tijdens de naschoolse opvang. ‘Voorheen zaten de kinderen in het dorpshuis spelletjes te doen. Wij wilden ze graag laten bewegen. Ze mogen gebruikmaken van alle faciliteiten. Daarnaast gebruikt een jeugdsportcommissie de sporthal en sportvelden voor sportactiviteiten.’
Gemeenschapszin
Gevraagd naar de bereidheid om vrijwilligerswerk te doen, is het antwoord van Roetert Steenbruggen kort maar krachtig. ‘Gemeenschapszin is hier met de paplepel ingegoten. We hebben veel verenigingen. Iedereen is wel ergens lid van. Vrijwilligerswerk hoort daarbij. Ook buiten de vereniging. Onlangs hebben we een karakteristiek dorpsstraatje gerestaureerd. De gemeente regelde de Waalse keien en het zand, wij deden de rest. Een ander mooi voorbeeld is het jaarlijkse jeugdkamp dat onze vrijwilligers organiseren. Dit kamp wordt bekostigd uit de opbrengsten van het oud papier dat Broeklanders inzamelen. Hiervoor krijgen we een minimumprijs van de gemeente. Hierdoor kunnen kinderen voor weinig geld meedoen met het zomerkamp. De gemeente is er blij mee, omdat het zomerkamp past in de doelstellingen om aantrekkelijke activiteiten te realiseren voor de jeugd. De kinderen kunnen dankzij de opbrengsten van het oud papier meedoen aan het zomerkamp voor weinig geld.’