Column Onno van Bekkum.
Coöperaties zijn er niet voor de winst. Tenminste, dat hoor je vaak zeggen. ‘Niet voor het Gewin, maar voor het Gezin’, was honderd jaar geleden de leuze van de Coop Supermarkten. Toch klopt dat niet helemaal. Coöperaties zijn er wel degelijk voor de winst. Anders kun je samen net zo goed een gewone vereniging oprichten.
Coöperatie FrieslandCampina bijvoorbeeld sloot 2012 af met een nettowinst van 274 miljoen euro. Geen lid dat daarover klaagt! Tenminste, zolang een fors deel daarvan bij dat lid op de rekening komt. Daarover hebben de boeren zelf de afspraken gemaakt. Van de winst blijft vijftig procent binnen de coöperatie, dertig procent wordt contant uitbetaald als een bonus op de melkprijs en twintig procent ontvangt het lid in de vorm van ledenobligaties die hij kan verzilveren bij uittreding of bedrijfsbeëindiging. Zo kan de coöperatie blijven investeren in groei en nieuwe producten en markten en behoort ze nu tot de mondiale top. Zonder de winst uit het Verre Oosten en andere opkomende economieën zouden melkveehouders in Nederland het erg moeilijk hebben. Een enorme coöperatieve prestatie.
Risico’s en buffers
Een partij als FrieslandCampina heeft een buffer nodig. Ondernemen betekent risico’s. Ook bij de Rabobank is men momenteel erg blij met jarenlange zuinigheid van de bank. Een eeuw lang voegde men consequent het jaarresultaat toe aan de reserves. Daardoor kan de bank nog steeds bestaan, ook nu de crisis flink huishoudt. En toch krabt men zich nu zelfs bij de Rabobank flink achter de oren over de ‘verrekijker’ die ze naast Utrecht Centraal liet verrijzen – gepland vóór de crisis.
Winst stroomt terug
En toch is coöperatieve winst iets totaal anders dan vennootschappelijke winst. De winst van de beursonderneming gaat naar anonieme aandeelhouders die verder totaal geen belang hebben bij de footprint van die onderneming. Niet goed, geld weg. Bij FrieslandCampina stroomt de winst terug naar boerengezinnen en herinvesteert men in de toekomst, in zelfstandig ondernemerschap en in een menswaardig bestaan voor de huidige en volgende generaties. Laten we eerlijk wezen: er is niets ‘vies’ aan minder uitgeven dan er binnenkomt, oftewel winst maken.
Samen investeren
Toch is de realiteit van de nieuwe golf (burger)coöperaties nog een totaal andere. Men definieert winst breder dan de eerste golf coöperaties van een eeuw geleden. Het gaat om maatschappelijke winst. Samen investeren in het vergroten van de leefbaarheid van lokale gemeenschappen. Of het nu gaat om energiezelfvoorziening, zorgnetwerken, boer-burgerinitiatieven of versterking van het lokale ondernemerschap. Bottom-up leren de samenleving opnieuw te organiseren – dat is pure winst.
Onno van Bekkum onderzoekt en adviseert coöperaties in binnen- en buitenland sinds 1995. Hij studeerde economie in Wageningen en promoveerde aan Nyenrode. Sinds 2010 heeft hij zijn eigen bureau voor coöperatieontwikkeling: CO-OP Champions.